Het levensverhaal in de psychologie (door Rob Hordijk, allround tekstschrijver)

Een trauma van je af schrijven is beter dan het oppotten, aldus een veelgehoorde goede raad. Je verwerkt het verlies van je baan, een scheiding of het overlijden van een dierbare beter als je de gebeurtenissen op papier zet. Het maakt niet uit of er iemand is om het te lezen. Het gaat om het innerlijke proces. Schrijven is het onder woorden brengen van je ervaringen en gevoelens. Woorden zoeken bij je gevoel betekent dat je je gevoelens moet ordenen, net zo lang totdat ze benoembaar zijn geworden. Bij een trauma zijn die gevoelens vaak een heksenketel van uitvergrote hoofd- en bijzaken die je hele denkwereld in beslag nemen. Door te schrijven dwing je jezelf zin en onzin van elkaar te scheiden om een samenhangend verhaal te kunnen vertellen.

Een opgeruimd werkgeheugen

Het innerlijke deel van het schrijfproces lijkt op het opruimen en defragmenteren van je harde schijf. Verstorende elementen worden netjes opgeslagen of gewoon weggegooid. Wat je overhoudt is een opgeruimd werkgeheugen en een computer die beter en sneller werkt. In de psychologie wordt dat ook zo genoemd, je werkgeheugen, een alert deel van je brein dat je in staat stelt adequaat op je omgeving te reageren, informatie op te nemen en te verwerken en problemen effectief te lijf te gaan. Als het tenminste niet te veel door hele en halve trauma's in beslag wordt genomen. Een opgeruimd werkgeheugen zorgt ervoor dat je je geestelijk goed voelt. Dat heeft ook een gunstig lichamelijk effect. Met de stress zijn ook de fysieke ongemakken verdwenen die daardoor werden veroorzaakt.

Je levensverhaal - dat ben je zelf

Er is echter nog een opvallende reden waardoor schrijven belangrijk kan zijn. De mens denkt in woorden. Dat is niet zo gek, want woorden zijn ontstaan uit de behoefte van de mens om gevoelens, gedachten en waarnemingen te omschrijven. De taal is alleen van instrument tot leidend beginsel gepromoveerd. Maar de mens gaat nog een stap verder. Het gaat hem niet om losse woorden maar om een consistent levensverhaal met een kop en een staart. In de psychologie is dat een betrekkelijk nieuw inzicht dat is ontstaan uit tal van onderzoeken. Wij zijn voortdurend bezig onze eigen biografie te schrijven en te herschrijven. Ons levensverhaal moet steeds worden aangepast en geschikt gemaakt om aan jezelf en aan anderen te vertellen. Het vervult een sleutelrol in onze identiteit en ons zelfbeeld. Als iets een inbreuk op ons levensverhaal is, raken we de kluts kwijt.

Narratieve identiteit

“Levensverhalen zijn creatieve vertellingen. Ze zijn gebaseerd op selecties van herinneringen, op de persoonlijke betekenis van die herinneringen en op visies op onze rol in belangrijke gebeurtenissen. De narratieve identiteit vormt de kern van de persoonlijkheid van mensen.” Aan het woord is de psycholoog prof.dr. Ernst Bolhmeijer in zijn artikel Levensverhalen. Ernst Bohlmeijer is hoogleraar Mental Health Promotion aan de Universiteit Twente. Hij werd geluksprofessor en hoogleraar in de levenskunst genoemd door zijn pleidooi voor benadering van de mens als geheel in plaats van de in de gezondheidszorg gebruikelijke klacht-gerichte aanpak. De logische gedachte daarachter is dat in het persoonlijk welbevinden van de mens een natuurlijke preventie tegen allerlei stoornissen schuilt. Hoe gelukkiger de mens, des te kleiner de kans dat hij gek wordt.

Schrijftherapie

Bohlmeijer is een voorstander van het gebruik van levensverhalen in de psychologie. Zijn schrijftherapie is daarop gebaseerd. Als je ergens mee zit, laat de psychotherapeut je daar eerst een verhaal over schrijven en gaat vervolgens met dit verhaal aan de slag. Het doel is je te laten zien dat als je vanuit een ander gezichtspunt tegen dezelfde ervaringen aankijkt, je een ander verhaal krijgt. Deze nieuwe versie kan veel beter voor je te verteren zijn. Als je deze over de oude heen zet, voel je je een stuk beter. Daarbij wordt gebruik gemaakt van het feit dat de mens zich niet alleen uitdrukt in verhalen, maar er ook ontvankelijk voor is, vooral als die over hemzelf gaan. Op die manier kun je niet alleen allerlei traumatische effecten, fobische trekjes en depressies corrigeren maar ook je zelfbeeld aanpakken.

Onwelriekende brieven

Niet alleen het vervangen van het ene verhaal door het andere, ook de noeste arbeid van het schrijven van al die versies is gezond. Alfred Lange, hoogleraar psychologie aan de Universiteit van Amsterdam, laat zijn patiënten een rotte-vis-brief aan hun kwelgeesten schrijven waarin ze hun woede van zich af kunnen gooien. In een interview in Vrij Nederland legt hij uit dat “veel mensen een trauma in stand houden door hun angstige gedachten te vermijden. (...) Maar juist door over het aller-pijnlijkste te schrijven komt de verwerking op gang.” Lange hecht veel waarde aan zelfconfrontatie, het teruglezen van je eigen teksten en je afvragen of jij het bent die dat heeft geschreven. Met die ene onwelriekende brief zijn zijn patiënten er daarom nog niet. Om hun frustraties kwijt te raken moet er meer worden geschreven met meer oog voor detail. Dat laatste is nodig om de herbeleving indringender en de genezing vollediger te maken. Dat sluit aan bij wat wetenschapsjournalist Mark Mieras constateert in De waarde van schrijven: “(...) naarmate de beschrijving van een negatieve levenservaring concreter en beeldender wordt en meer samenhang begint te vertonen (...) lijkt de geest van de schrijver tot rust te komen.”

Schrijven is gezond

Dat geldt niet alleen voor mensen die aan trauma's lijden. Ook mensen zonder trauma winnen aan zelfbewustzijn en geestelijke stabiliteit als zij hun levensverhaal opschrijven en daarbij de moeilijke ogenblikken uit hun levensloop niet schuwen. Als de verwerking daarvan niet helemaal is gelukt, kan dat sporen nalaten en zelfs tot depressiviteit leiden. Ook jaren later kan opschrijven en het opnieuw beleven een heilzame uitwerking hebben die ertoe kan leiden dat je jezelf beter aanvaardt. Schrijven, vooral over jezelf, is gezond. Zelfs zo gezond dat er stemmen opgaan om schrijven op de lesprogramma's te zetten van het lager en voortgezet onderwijs. Het is een vormende bezigheid met als neveneffecten verbetering van leerprestaties, zoals tal van studies laten zien, en de toegenomen vaardigheid om allerlei toekomstige levensproblemen schrijvenderwijs het hoofd te bieden. ■ Bronnen: onder meer

© 2013